
© Shutterstock.com
Met de blokkendoos van Peniche in de rug werpt het bootje > zich met armloze vlinderslag de Atlantische Oceaan in. Aan dek ietwat verkrampte passagiers die op weg zijn naar de eilandengroep van de Berlengas, zeiljasreizigers die zich met tanghanden vastklampen aan de flanken van de boot want in deze koudwaterkermis kieper je zo het zilte nat in.
Archipel Ahoy!
Berlengas, granieten knoopjes in een woelige zee, speldenknopjes. Alleen Berlenga Grande > vlagt met vuurtoren toch nog naar eenmansbewoning, de rest van de eilandjes is pak-me-als-je-kan-gebied voor salamanders die zeemeeuwsnavels pareren. Het scheepje zet dan ook koers naar Berlenga Grande, een boomloze steenkluit met veertig meter breed strand als deurmat, een vuurtoren met een knipoog van vijftig kilometer en de cultuurhistorie van een kasteelfort waar filmregisseurs graag voor tekenen. Qua grootte is het eilandje prut, Schiermonnikoog is er een Madagascar bij...

© Shutterstock.com
Voor het strand blijf je beter in Peniche met haar riante halve manen aan zee. Voor goede Portugese kost kan je ook beter daar naar een restauranttafeltje zoeken dan op Berlenga Grande. Blijven slapen is vaak gaan liggen in een van de kanonkamers van het Fort Sao Joao Baptista >. De gemiddelde jeugdherberg steekt er luxe bij af. Het gros van de zomerpassagiers gaat dan ook scheep voor een dagtochtje. Uurtje op het strandje zonnen, een zwalkje over de rotspaden naar het kloeke fort en zeemeeuwen tellen. Met in de bonus grotje binnenvaren en snorkelen. Buiten het hoogseizoen klimmen eerder onderzoekers dan dagjesmensen aan boord want de Berlengas zijn niet voor niets aangewezen als bioreservaat > door de Unesco.
Grimmige romantiek
In 1513 ankerden de monniken van de orde van Sao Jerónimo op Berlenga Grande en ze bleven. Het klooster dat ze bouwden, bleek een gewilde schatkist voor visiterende piraten. Hoezo, in eenzaamheid god dienen? Na de Portugese Restauratieoorlog bouwde de overheid in het kader van de kustverdediging de ruïne van het klooster terug naar een stevig zeekasteel. Tijdens de bouw mochten de steenslepers zich al weer weer verheugen op aanmerende piraten. En in de 19e eeuw werd de vesting door de toenmalige militaire architectuurmode herschapen.

© Shutterstock.com
De huidige aanblik van het fort wordt nu dan ook gedomineerd door een ring van kazematten waarbinnen zich het arsenaal wurmt. Wat echter het meest opvalt aan deze versterkte klomp stenen in het water, voorafgegaan door een sprookjesachtig meanderende brug, is de stilte: geen auto’s, geen brommende industrie, geen nachtleven in neon, geen metrostation-mierenhoop, geen sirenes, geen schrille roep van een herder, het is stil.
Niet helemaal. Maar dat immense gekrijs en gekrijt en geschrei van die scherende meeuwenmassa, daar ben je na een paar uur al Oost-Indisch doof voor.