© Shutterstock.com

Onze 'eigen' Rem Koolhaas wordt er ook van beticht: deconstructivisme. Is het een stijl, is het een stroming of gewoon een manier van bouwen? De architect die de verwarring en de onzekerheid van het deconstructivisme pas echt perfect weet te vertalen is Frank Gehry. De man die huizen laat dansen in Praag en met titanium en glas musea maakt die lijken te zijn ingestort. Zoals het Guggenheimmuseum in Bilbao.

Goed geoliede kunst
Met een deconstructivistisch hoogstandje kun je je overigens wel goed op de kaart krijgen. Het Guggenheim van Bilbao is zo het visitekaartje van de stad geworden. In een iets warmer en olierijk gebied werkt Abu Dhabi ook aan zo’n visitekaartje. Gehry kreeg hier de opdracht het grootste Guggenheimmuseum ter wereld te ontwerpen. Hij heeft z’n blokkendoos en kegelmand weer flink overhoop gehaald. Het resultaat is een heerlijk ontploft vormenspel. Met toch ook een eerbetoontje aan de Arabische architectuur van weleer.

Koele wind van boven vangen
Hier aan de Arabische golf wil het kwik tussen nog wel eens oplopen tot vijftig graden Celsius… in de schaduw! Geen wonder dat de Arabieren al snel een koelsysteem in elkaar wisten te flansen: de eerste airco ter wereld. Ze bouwden windtorens, aan vier zijden open. Met behulp van wat koelere, hoog gevangen windstromen werden de huizen zo gekoeld. De warme lucht werd via dezelfde torens uit de huizen geleid. Gehry citeert met de kegelvormen van Abu Dhabi’s Guggenheim to-be (2022) die bejaarde windtorens.

Gehry’s architectonische bries stormt voort. Onlangs werd in Parijs z'n Fondation Louis Vuitton opgeleverd. Een gebouw dat uit opbollende zeilen lijkt te bestaan. Het gaat Frank Gehry met z’n chaosgebouwen niet alleen vóór maar dus ook om de wind.
Back to Top