© Concepting Culture
Orange’s belangrijkste bouwwerk
Die naarstig bouwende Romeinen hebben Orange > uiteindelijk het werelderfgoed binnen gewipt. En wel twee keer: theater én triomfboog. > Dat theater is beter bewaard gebleven dan verreweg de meeste andere. Wie heeft er wel eens niet gedwaald over de halvemaan aan zitplaatsen in een archeologisch gebied met uitzicht op een verdwaalde zuil, daar waar het podium zich ooit bevond. Niet in Orange! Een van de allergrootste plussen van dit theater is de geconserveerde podiumwand. Met niet misselijke afmetingen. Staande voor deze artistieke muur van 104 m lengte en 35 m hoogte bezong Lodewijk XIV zijn uitzicht: c’est la plus belle muraille de mon royaume. Echte concurrentie kent dit theater dan ook niet, ook al zit-tie nu wel onder een stalen pet. Als je voor de muur staat, bevind je je op het Place des Frêres-Mounet, met een heerlijk kleinsteedse Franse flair. De gevel heeft drie niveaus en doet heel massaal aan. De andere kant, naar het podium toe, was heel wat rijker bewerkt: met friezen, beelden, zuilen en ander Romeins opsmukwerk. De middelste toegang opende als porte royale naar het podium, de deuren aan weerszijden gaven toegang tot de corridors. Aan beide zijden van het toneel staan twee torens, de basilicae. Hierin bevonden zich de foyers, kamers waar acteurs, koetsen en ander bewegend materiaal wachtten op hun podiummoment. Hogerop in de de basilicae was plek voor de props en inrichtingsmateriaal. Het podium zelf (61 bij 13 m) was een gatenkaas van luiktoegangen waarin mensen en spullen verschenen en verdwenen. >

Voor de toneelwand klimmen trapsgewijs de halve cirkels van de toeschouwerszitplaatsen. Er konden 10.000 bezoekers > tegelijk genieten van theater. Het talud van de heuvel van St-Eutrope wordt handig benut voor de oplopende zitringen. De houten vloer van het podium zelf verhulde een machinerie. Hier speelde ook het orkest. Erachter bevond zich de gordijnkuil. De toneelmuur zelf was aan de toeschouwerskant rijkversierd met beelden, zuilen van marmer en fraaie friezen. Restanten daarvan hebben de tand des tijds getrotseerd. Zoals in een nis het standbeeld van een figuur die een keizer zou uitdrukken, hoogstwaarschijnlijk keizer Augustus. Dat zou kloppen met de bloei van het theater onder het bewind van deze grote Romeinse voorman. De dominante Augustus heeft daarmee wel zijn goddelijke voorganger, een beeld van Apollo, uit de nis weten te wippen.
© Concepting Culture
Vluchtplaats en woongebied
Nadat het Romeinse Rijk tot haar fundamenten was ingezakt, ging de boel op slot in Orange. De kerkvaders waren al druk de theateruitvoeringen aan het afwijzen, om de naar hun mening niet geheel oorbare theaterstukken. In 391 na Chr. klopten acteurs tevergeefs aan de theaterdeur. Andere functies ontstonden: een buffer voor het nieuwe door de Oranjes gebouwde kasteel, in de 16e eeuw een min of meer veilige haven voor angstige protestanten tijdens de Godsdienstoorlogen. Uit het theaterterrein ontsproten kleine wooneenheden. De glorie van weleer was verdwenen. Pas in de 19e eeuw werden die behuizingen van het theaterterrein geveegd. In een tijd waarin weer aandacht kwam voor monumenten, was de eer aan architect Prosper Renaux om het al danig wiebelende theater te conserveren. 
© Concepting Culture
Operatoekomst
De restauratie is nog steeds een zorg. > Al in de 4e eeuw fikte het houten dak van de podiummuur af. Het door de hitte rood uitgeslagen steen is nog te zien bovenin de podiummuur. Al dat vuur had het muurwerk zo verzwakt dat er opnieuw een houten afdak op zetten, bij voorbaat een verloren zaak was. Een dwarsbalk met meer dan 61 m lengte was nodig om de nieuwe luifelconstructie te dragen. En die kwam er terwijl er meteen ook werd nagedacht over de akoestiek. Door het afdak iets schuin te zetten, kon het geluid vanaf het toneel goed gericht worden op het publiek. Tussen 2004 en 2006 kreeg de podiummuur zo zijn karakteristieke hoedje van glas en staal. Het nieuwe dak moest niet alleen het muurwerk beschermen maar ook goede verlichting torsen. Want het theater is teruggekeerd naar haar oorspronkelijke functie: een decor voor showtime! Dat noemen ze in Frankrijk de Chorégies. > Operavermaak. Waar de Grieken hun theatervoorstellingen met religieuze betekenis injecteerden en acteurs in hoog aanzien stonden, programmeerden de Romeinen een veel volkser vermaak in hun theaters en konden (moesten) de acteurs uit de laagste milieus ook aantreden. Zo mochten sla-ven de meest bloederige scènes naspelen. Het moderne Orange koppelt nu beide antieke theaterculturen: én vermaak én grote namen. Al vanaf de tweede helft van de 19e eeuw is de festivalpret terug in Orange, eerst onder de vlag van Fêtes romaines en vanaf 1902 als Chorégies. Opera pur sang. Met op de planken vibrerende kelen zoals die van Placido Domingo. > In de begintijd van de zomerse Chorégies werd de (opera)muziek afgewisseld met toneel en theater. Een Provençaalse splitsing van uitvoerende kunsten in 1969 zorgde ervoor dat het theatrale deel naar Avignon ging en de opera in Orange bleef.


Veel meer over de Zuid-Franse theaterstad lees je in het compacte e-book Orange. Profiteer van 20% Basis-Vriend-Korting en download dit e-book (24 blz.) voor slechts € 2,39. Bekijk de publicatie hier. Wil je dit type e-books altijd gratis lezen en downloaden? Word dan Premium-Vriend voor slechts € 4,99 per jaar.
Back to Top